Werking van oogzalf

Oogzalf: werking

Bij droge ogen is er vaak schade aan het oogoppervlak die door droge lucht of lang beeldschermwerk is ontstaan, en wat kan leiden tot branden, jeuk of roodheid. Oogzalf verlicht de symptomen en kan worden gebruikt om het herstel van het hoorn- en bindvlies te ondersteunen, maar ook om de traanfilm te stabiliseren. De toediening van oogzalf kan bovendien naast oogdruppels worden gedaan, en wordt met name ’s nachts aanbevolen om een langere werkingstijd te garanderen.

Oogzalf: werking en actieve bestanddelen

De bereiding van oogzalf gebeurt meestal op basis van koolwaterstoffen. Deze basis voldoet aan de kwaliteits- en stabiliteitseisen van middelen die worden toegepast op de ogen, en heeft zich al decennia bewezen. Vaak worden watervrije stoffen als vaseline, wolvet of paraffine en, afhankelijk van de symptomen, actieve bestanddelen als cortisonen, antibiotica of vitaminen toegevoegd.
 

Cortisonen (corticosteroïden)

Het actieve bestanddeel cortisone (hydrocortisonen) behoort tot de groep glucocorticoïden, hormonen die worden geproduceerd in de bijnierschors. Wat betreft oogzalf worden cortisonen meestal voorgeschreven bij:

  • allergische reacties
  • allergische bindvliesontsteking of
  • niet-infectueuze oogontsteking.
     

Ook bij droge ogen kan het ontstekingsremmende effect van cortisonen positieve effecten hebben. Toch wordt toediening ervan alleen onder medisch toezicht en van korte duur aangeraden, omdat cortisonen het immuunsysteem kunnen onderdrukken. Bovendien kunnen bij langdurige toepassing bijwerkingen ontstaan, zoals een verhoogde oogbinnendruk of lensvertroebeling.
 

Antibiotica

Antibiotica zalf wordt toegepast bij bacteriële ooginfecties, maar ook om infecties na een operatie of hoornvliesletsels te voorkomen.

Bij antibiotica kunnen diverse groepen ingezet worden met een verschillende werking:

  • Aminoglycosiden: bij deze groep hoort het antibioticum gentamicine dat tegen veelvoorkomende ziekteverwekkers zoals stafylokokken werkt.
  • Gyraseremmers: uit deze groep komt ofloxacine dat een breed spectrum heeft. Het wordt hoofdzakelijk gebruikt bij bacteriële infecties door streptokokken.
  • Polymyxine B: deze groep wordt onder andere bij gramnegatieve staafjes toegepast die zeer resistent zijn voor verschillende antibiotica.
  • Tetracycline: dit is een antibioticum met een breed spectrum dat door zijn antibacteriële werking een groot aantal bacteriën pakt.
     

In het algemeen moet een uitstrijkje van het ontstoken gebied worden gemaakt, om de verwekker en de geschikte behandeling vast te stellen. Dit is belangrijk omdat sommige soorten bacteriën resistent tegen bepaalde antibiotica kunnen worden.

Meer interessante pagina's